Een bezoek aan de Serafimovskoe begraafplaats in Sint-Petersburg
Zes klaprozen sieren zijn graf. Misschien toeval of wellicht een knik naar de zes mannen in eeuwige wacht boven zijn laatste rustplaats, hun stenen gezichten voor altijd jong. Vladimir Vladimirovich Kopylenko was eenentwintig op de dag dat hij in de strijd stierf in het verre Afghanistan. Zijn lichaam zou teruggestuurd worden naar zijn geboortestad waar zijn herinnering veertig jaar later nog steeds voortleeft ter nagedachtenis aan de Sovjet-Afghanistan oorlog.
Tekst: Yasmine Fikken
Beeld: Mark Schaap
Van 1979 tot 1989 woedde er een bloedige oorlog tussen het Sovjetleger en Afghaanse verzetsstrijders in Afghanistan. Op de Serafimovskoe begraafplaats in Sint-Petersburg staat een van de weinige Russische monumenten ter ere van de deze oorlog waarin vele slachtoffers zijn gevallen. Zes jonge stenen mannen in toga’s kijken uit over twee rijen van vijf graven die het oorlogsmonument vormen. Wat zegt dit monument over de negenjarige oorlog in Afghanistan? En, misschien veel belangrijker, wat zegt het niet?
Uitgestrekt over 59 hectares in het noordwesten van Sint-Petersburg ligt de Serafimovskoe begraafplaats. De begraafplaats heeft sinds haar opening aan het begin van de vorige eeuw verschillende steden en haar doden gekend. Na de Russische revolutie en de dood van haar grote leider, veranderde Petrograd, ‘de stad van Peter’, in Leningrad. Hier zou Vladimir Kopylenko geboren zijn en ten ruste gelegd worden. Zijn eerste rustplaats zou aan de rand van de Serafimovskoe begraafplaats van Leningrad zijn.
Na de val van de Sovjet-Unie moest ‘de stad van Lenin’, wiens erfgoed inmiddels omstreden was, plaatsmaken voor Sint-Petersburg. In Sint-Petersburg zou Vladimir vereeuwigd worden: zijn graf en beeltenis kregen een centrale plek op het Afghanistan monument van de Serafimovskoe begraafplaats van Sint-Petersburg. Vladimirs verhaal is niet uniek, oorlog steelt talloze jonge levens, maar juist daarom blijft het een belangrijk verhaal.
De soldaat uit Leningrad
Vladimir Kopylenko was zestien toen de eerste troepen van het Sovjetleger in 1979 de Afghaanse hoofdstad Kabul binnenvielen. Het jaar daarvoor was het land, ook wel the graveyard of empires genoemd, als gevolg van een revolutie communistisch geworden. Het nieuwe regime met al haar veranderingen stuitte op oncontroleerbare rebellie onder haar burgers. Een deel van de Afghaanse regering vroeg de assistentie van het Sovjetleger om de situatie onder controle te krijgen en het kremlin beantwoordde deze oproep. De aanwezigheid van het Sovjetleger in Afghanistan werd op internationaal gebied als een overtreding gezien: buitenlandse inmenging in een burgeroorlog.
Hoogstwaarschijnlijk had Vladimir in deze beginjaren van de oorlog geen enkel idee van de strijd waar zijn herinnering mee vereeuwigd zou worden. Het volk van de Sovjet-Unie kreeg in tegenstelling tot de rest van de wereld niks mee van de inval of de wereldwijde commotie erover. Het nieuws sprak niet van een oorlog, maar een humanitaire missie waarvoor er troepen naar Afghanistan gestuurd werden. Alleen diep in het Kremlin werd de waarheid besproken. Door de stemmen van enkele Russische activisten en de toenemende stroom van gewonde en gestorven soldaten uit Afghanistan, werd het volk zich langzaamaan bewust van wat er zich afspeelde.
Ondertussen werd de strijd om the graveyard of empires steeds bloederiger. Na de inval van de Sovjet-Unie riepen de tegenstanders van het regime een heilige oorlog, oftewel jihad, uit. De jihadstrijders verenigden zich in Afghanistan onder de naam Mujahideen, een term die nog steeds wordt gebruikt voor verschillende groepen jihadstrijders. Al snel kreeg de Afghaanse Mujahideen veel internationale steun. De Verenigde Staten, verwikkeld in de Koude Oorlog, bood de Mujahideen financiële en technologische hulp via de regering van Pakistan. De Mujahideen bleek een fellere tegenstander dan de Sovjet-Unie had gedacht en na negen jaar strijd was er nog steeds geen winnaar. Zonder dat er ook maar een einde in zicht kwam bleven de verliezen zich opstapelen.
Op 8 augustus 1985 raakte Vladimir gewond in de strijd en hij overleed een aantal dagen later aan zijn verwondingen, vier jaar voor de Sovjet-Unie haar leger terug zou trekken uit Afghanistan. Zijn lichaam werd teruggestuurd naar zijn geboorteplaats Leningrad en hij werd begraven op de Serafimovskoe begraafplaats. Vladimirs verhaal eindigt hier niet, tien jaar later zal hij namelijk onderdeel worden van een nieuwe natie.
In 1989 verliet de laatste Sovjettroep het door oorlog verscheurde land zonder de strijd ooit te beëindigen. Deze oorlog, waar verschillende grootmachten elkaar ontmoetten, laat nog steeds diepe sporen na op de wereld van vandaag. Na de terugtocht van het Sovjetleger duurde de burgeroorlog tussen de Afghaanse regering en de Mujahideen voort tot 2001. In 2001 raakte Afghanistan verwikkeld in een nieuwe episode van geweld nadat de Taliban, een van de opvolgers van de Mujahideen, verwikkeld raakte in een oorlog met Amerika na de terroristische aanslagen van 9/11. Dit is een conflict dat tot de dag van vandaag voortduurt. Sinds de inval van de Sovjet-Unie in 1979 heeft Afghanistan geen periode van vrede meer gekend.
De stenen bewaker uit Sint-Petersburg
In 1996, meer dan tien jaar na zijn dood, wordt Vladimir Kopylenko verplaatst naar de Alley of Heroes. Één van de tien grafstenen verdeeld over twee nette rijen is versierd met zijn rang en naam: ‘bewaker’ en ‘soldaat’ Vladimir Vladimirovich Kopylenko. De voorste stenen man in toga, die boven de graven uitsteken heeft veel van zijn gelaatstrekken: de gezichten van de zes jonge mannen in toga’s zijn gemodelleerd naar die van enkele van de gestorven jonge mannen uit de regio.
Pas na de val van de Sovjet-Unie kregen de veteranen en families van de gestorven soldaten na veel aandringen een monument in the Alley of Heroes op de Serafimovskoe begraafplaats in Sint-Petersburg. Want hoewel Vladimir geboren en gestorven is als Leningrader zijn de tijden veranderd en is de stad onder een nieuwe regering naar haar oudste naam teruggekeerd.
In Leningrad was Vladimir één van de vele gesneuvelde soldaten in een conflict dat een donkere vlek op de laatste jaren van de Sovjet-Unie vormde. Hij is ten ruste gelegd aan het uiteinde van de overvolle begraafplaats. In Sint-Petersburg is hij een held, een stenen bewaker van de woorden ‘Afghanistan 1979-1989’. Talloze namen van de gesneuvelden en tien graven staan tegenover elkaar in eeuwige verbintenis. De stenen spreken niet van de tijd dat ieder van deze mannen verspreid over de begraafplaats lagen; toen noch de oorlog noch deze soldaten deel van de natie waren. Ze spreken niet van de voortdurende oorlog in Afghanistan waar nog steeds soldaten het lot van Vladimir Kopylenko delen. Tragedie is immers voor mensen, niet voor herinneringen.
Kommentare