Een besmettelijk idee
Tekst: Mendel van Orth
Beeld: Naomi Veenhoven
Memes zijn de toekomst. En dan heb ik het niet alleen maar over de schattige kattenfoto’s en gevatte plaatjes die zich als een olievlek over het internet verspreiden. Memen, zoals ze in correct Nederlands heten, zijn een ‘eenheid van culturele overdracht’ en ze beslaan alles, van nepnieuws en zelfmoordterrorisme tot aan sokken in sandalen. En ze zetten onze samenleving in een compleet nieuw licht.
Mensen zijn evolutionair gezien een vreemde eend in de bijt. Waar het grootste deel van de (zoog)dieren bij de geboorte al minstens een paar voorzichtige stapjes kan zetten, kunnen pasgeboren mensen eigenlijk helemaal niks. Ook in de jaren daarna is er een uitgebreide opvoeding vereist om de homo sapiens tot zijn volledige wasdom te laten komen. Deze lange opvoeding geeft ons een groot evolutionair voordeel, zo stelt evolutionair bioloog Bret Weinstein in een lezing in Seattle. Hij vergelijkt ons met computers. De royale opvoeding noemt hij onze ‘software’, terwijl onze (dierlijke) instincten, die zijn vastgelegd in ons DNA, de ‘hardware’ zijn. Het voordeel van software ten opzichte van hardware is dat het te herschrijven is; instincten zijn niet te veranderen, maar door middel van opvoeding kun je wel degelijk een nieuwe cultuur met nieuwe ideeën doorgeven aan de volgende generatie.
Ontwerp zonder ontwerper
Dit doorgeven van cultuur wordt culturele evolutie genoemd. Om de evolutie van cultuur te kunnen begrijpen is het eerst nodig om stil te staan bij wat ‘evolutie’ nu eigenlijk is. Dit is het gemakkelijkst te illustreren aan de hand van de meest bekende vorm: genetische evolutie. Voor evolutie zijn drie ingrediënten vereist. Als eerste zijn er mutaties nodig. Mutaties zorgen ervoor dat er variatie plaatsvindt en zijn de ultieme bron van vernieuwing. Als tweede moet er selectie plaatsvinden: gunstige mutaties moeten worden beloond in de vorm van extra nakomelingen. Nadelige mutaties – omdat ze bijvoorbeeld meer energie kosten dan ze opleveren – moeten worden weggeconcurreerd. De laatste voorwaarde is dat deze al dan niet gunstige mutaties erfelijk zijn: het reproductiesucces van de ouders moet als gevolg hebben dat het kroost ook van deze voordelen geniet. Wanneer deze ingrediënten worden gemengd ‘is evolutie het onontkoombare resultaat’, of de populatie nu bestaat uit organismen, virussen, computerprogramma’s, woorden of andere culturele elementen, aldus filosoof Daniel Dennett, die zich over het vraagstuk van culturele evolutie buigt. Maar nu eerst terug naar de genetische evolutie.
Door middel van evolutie gebeurt er iets fenomenaals. Er ontstaat een ontwerp, een goed ontwerp zelfs. En dat terwijl er geen ontwerper aan te pas komt. En wat voor ontwerpen zijn daar uit voort gekomen! Zo is er de Arctische donsvlinder, die leeft op Groenland en in Noord-Canada. Als in de korte zomer de rups van deze vlinder ontwaakt, begint hij zo veel mogelijk van de weinige groen blaadjes in zijn omgeving te eten. Maar de zomer is zo kort, dat hij niet genoeg energie kan verzamelen om een cocon te spinnen en in een vlinder te veranderen. Als de lengte van de dag weer afneemt en de temperatuur daalt, kruipt de rups onder een steen en wordt langzaam ijskoud. Letterlijk: zijn hart staat stil en zijn insectenbloed is stijf bevroren. Wonderbaarlijk genoeg ontdooit de zwakke lentezon de rups weer en hervat hij zijn zoektocht naar voedsel. De Arctische donsrups kan deze cyclus van foerageren en volledig invriezen tot wel veertien jaar achter elkaar volhouden, totdat hij een zekere lente genoeg energie heeft verzameld om zijn metamorfose tot vlinder te voltooien, te paren en voor de laatste keer in te vriezen.
Sokken in sandalen
De Arctische donsrups illustreert hoe er uit evolutie, dankzij de interactie van mutatie, selectie en erfelijkheid, de meest ingenieuze ontwerpen kunnen voortkomen. Ontwerpen die proberen om onder de gegeven omstandigheden zo succesvol mogelijk voort te planten. Wat heeft dit voortplantingsproces nu met onze cultuur te maken? Cultuur, zo stelt Dennett in zijn boek Van bacterie naar Bach en terug: de evolutie van de geest, komt tot stand bij wijze van precies ditzelfde evolutionaire mechanisme. Waar bij genetische evolutie de genen muteren, concurreren en overerven, is deze rol bij de culturele evolutie weggelegd voor memen. (In het Engels: memes, maar het behelst veel en veel meer dan de bekende gevatte internetplaatjes.)
Memen zijn een vorm van gedrag die gekopieerd, doorgegeven en herinnerd kan worden. In andere woorden: memen beslaan alles wat mensen doen. Een kattenplaatje op het internet is een meme, een woord is een meme en het christendom is een meme. Sommige memen hebben een naam, zoals het verschijnsel van de ‘stropdas’, andere memen blijven naamloos, zoals het dragen van ‘sokken in sandalen’, en weer andere memen worden nooit benoemd, zoals het feit dat we de merkwaardige gewoonte hebben om mensen te feliciteren met iemand anders zijn verjaardag. Een treffende parallel met de genetische evolutie is het virus. Net als een virus, kan een meme mensen ‘besmetten’, plant het zich voort als zijn gastheer hem helpt verspreiden (door te niezen of door zich op een bepaalde manier te gedragen) en er vinden steeds kleine mutaties plaats. Bij een virus zijn dat de kleine veranderingen in zijn DNA als hij zichzelf deelt, bij een meme zijn het de kleine veranderingen in de betekenis van een woord of in een bepaalde gedraging die per toeval of doelbewust door zijn gastheer worden toegepast.
Als we in termen van memen nadenken,
openen zich nieuwe deuren
Net als ‘gewone’ evolutie, leidt ook culturele evolutie tot een meme die steeds beter aangepast is aan zijn omgeving. Een goed voorbeeld hiervan zijn de kajaks die antropoloog Joseph Henrich onderzoekt in zijn boek The Secret of Our Success. Volgens de principes van variatie, selectie en erfelijkheid is het duidelijk hoe de boten na verloop van tijd steeds beter worden: boten met een slecht ontwerp gaan de zee op, zinken aldaar en bereiken nooit meer een haven. De best aangepaste boten daarentegen blijven terugkeren en hun ontwerp kan door nieuwe botenbouwers nagemaakt worden – en daarbij een piep klein beetje veranderd worden. Zo ontstaat er na generaties van boten bouwen een steeds beter aangepast ontwerp. De botenbouwers kunnen correcte of foutieve theorieën hebben over wat een goede boot is en waarom een bepaald ontwerp wel of niet werkt; het maakt niets uit. Er is hier sprake van een ontwerp zonder ontwerper, of zoals Dennett het verwoord: competentie zonder begrip.
Zelfzuchtige memen
Dus memen kunnen verklaren waarom er culturele ontwikkeling bestaat. Maar er is nog een schaduwzijde van dit verhaal. Net als genen zijn memen zelfzuchtig. De eerste die dit idee opperde was Richard Dawkins in zijn boek The Selfish Gene uit 1976 – waarin hij overigens, ver voor het internettijdperk, ook het woord ‘meme’ muntte. Dawkins betoogt in dit boek dat genen niet gericht zijn op het welzijn en de reproductie van de soort, maar van het gen zelf. En dit geldt ook voor memen: evolutie zorgt ervoor dat een meme geoptimaliseerd is voor het voortplanten van zichzelf, niet noodzakelijkerwijs geoptimaliseerd voor het welzijn van zijn gastheer zelf of van de mensheid als geheel. Voor de duidelijkheid: er is ook overlap tussen de belangen van de meme en zijn gastheer. Een mens dat door een bepaalde ongunstige meme – bijvoorbeeld het idee om op jonge leeftijd de stormachtige zee op te varen in je kajak omdat dat je eeuwige heldendom zou verschaffen – is ‘geïnfecteerd’, is geen gastheer die deze meme bijzonder effectief voort zal planten. Maar een meme dat mensen ziedend van woede maakt, waardoor ze dag in dag uit moord en brand van de daken schreeuwen en daardoor constant andere mensen ‘besmetten’, plant zich veel sneller voort dan een meme dat ervoor zorgt dat mensen zich stilletjes terugtrekken in een hutje in het bos.
Buiten alle overeenkomsten tussen memen en genen, zijn er ook een aantal belangrijke verschillen. Memen kunnen bijvoorbeeld gedurende het hele mensenleven verkregen worden, in tegenstelling tot genen, die je bij je geboorte eens en voor altijd meekrijgt. Daarnaast kunnen memen horizontaal verspreid worden. Dat wil zeggen, genen kun je alleen krijgen van je voorouders en alleen doorgeven aan je nageslacht; memen kun je daarentegen doorgeven aan eenieder die luisteren wil (of moet). Als laatste belangrijke verschil kunnen veranderingen in memen veel sneller plaatsvinden dan in genen: in de loop van enkele generaties, of soms zelfs in de loop van een paar jaar kunnen er volledig nieuwe memen opkomen en dominantie bereiken in grote groepen menselijke geesten.
De evolutie van cultuur gaat soms zo langzaam dat de mensen of generaties die het ondergaan het nauwelijks door hebben, maar toch zorgen deze drie verschillen tussen genen en memen ervoor dat cultuur bliksemsnel verandert ten opzichte van biologische natuur. Deze snel veranderende ‘software’ faciliteerde de enorme ontwikkeling die de mensheid de afgelopen honderdduizend jaar wist klaar te spelen, van grotbewoner tot maanwandelaar.
Meme-epidemieën
Vandaag de dag hebben we een bijzonder punt bereikt in de geschiedenis van de culturele evolutie. Waar memen voor het grootste deel van de geschiedenis ontwerpen zonder ontwerpers waren, zijn er nu steeds meer door mensen zelf ontworpen memen die zich onze hersenen binnen dringen. Deze intelligent ontworpen memen worden gecreëerd door wat Dennett ‘memesmeden’ noemt: de enorme groep aan professionals die er, met bewuste doelstellingen en beproefde methodes, op gericht zijn om onze hoofden met memen te ‘besmetten’. Denk aan schrijvers, kunstenaars, wetenschappers, verslaggevers en leraren. Maar ook niet in de laatste plaats aan verkopers, politici en reclamemakers.
Daarom is het van groot belang om ons te realiseren dat memen zelfzuchtig zijn. Een succesvolle meme is niet noodzakelijkerwijs een meme die ons als mensen goed doet, het is een meme die zich goed voortplant. Denk aan nepnieuws of de laatste ‘outrage’ over Donald Trump. Nepnieuws is precies zo ontworpen dat de gastheren het reproduceren. En de gekkigheid van de Amerikaanse president is een meme waar we ons uitstekend druk over kunnen maken, uitstekend over kunnen klagen op sociale media en zodoende uitstekend verspreid wordt, zonder dat we daadwerkelijk iets te weeg brengen. Zo worden we heel goed in het ontwerpen en verspreiden van besmettelijke memen, zonder dat die memen ook daadwerkelijk goed zijn voor onze mentale gesteldheid.
Maar als we in termen van memen nadenken, openen zich ook nieuwe deuren en kunnen we nieuwe vragen stellen: wat zijn nu juist de moeilijk verspreidbare, maar oh zo waardevolle memen? Wat zijn de ideeën waar we misschien iets meer ontwerpaandacht aan moeten besteden, zodat ze zich beter voortplanten, en zodat onze cultuur er daadwerkelijk op vooruit gaat? En wat zijn de kwalijke memen die ware meme-epidemieën veroorzaken? Een interessant hedendaags voorbeeld van een dergelijke meme is hard werken. Hard werken is helemaal niet noodzakelijkerwijs gunstig voor de gastheer: je kan er doodongelukkig van worden. Maar hard werken is een uitermate besmettelijke meme: hoe meer mensen hard werken, hoe harder je moet werken om er bovenuit te steken en hoe strenger de sociale norm wordt. Zo’n meme heeft een fundamentele invloed op onze samenleving, zonder dat we stil staan bij de potentieel schadelijke feedbackloop die het met zich mee brengt. De culturele evolutietheorie geeft ons een nieuwe bril om de sociale wereld door te bekijken en heeft de potentie om, net als de genetische evolutietheorie, ons wereldbeeld volledig op zijn kop te zetten. En dat is dan weer een meme die ik probeer te verspreiden.
Comments