Small Places Large Issues
Toen ik op de UVA aan mijn studie antropologie begon, was 'Small Places Large Issues' het eerste boek dat ik moest lezen. Erikson stelt hierin dat antropologen grote vragen in een kleine setting onderzoeken, omdat daar de directe interactie zichtbaar is. En het daardoor voor antropologen mogelijk wordt om grote vragen te beantwoorden. Nu werk ik als manager van een innovatieteam bij een Amsterdamse welzijnsorganisatie. Zowel bij de gemeente, als bij organisaties in het maatschappelijke middenveld, klinkt een roep die aan Erikson’s 'Small Places Large Issues’ doet denken.
Zorgcrisis
Er komt een zorgcrisis op ons af. Aan de ene kant stijgt het personeelstekort. Aan de andere kant nemen de zorgconsumptie en zorgkosten toe, als gevolg van vergrijzing en voortschrijdende technologische mogelijkheden. De aanstaande piek, die over 15 jaar wordt voorzien, wordt besproken als het zorginfarct. In de danktanks van Amsterdam Vitaal en Gezond, zoeken gemeente en zorgverzekeraars samen met de zorg- en welzijnssector naar een radicale cultuurverandering. Er wordt gekeken naar nieuwe vormen van domeinoverstijgende samenwerkingen tussen zorg en welzijn. Dit is voer voor antropologen, want het levert een cultuurclash doordat de domeinen niet eens dezelfde taal spreken.
Nog interessanter zijn de niet-westerse voorbeelden van vermaatschappelijking van de zorg die de danktanks zoeken. Community care in de buurten van Amsterdam, ten behoeven van afschaling en preventie van de zorgconsumptie. En daar zit wat in, want de buurt is dé plek waar we elkaar op het gedeelde plein tegenkomen. Daar kennen we de gezichten en wordt ons empathisch vermogen getriggerd. Naar het Japanse voorbeeld, waar de gemeenschap naar ouderen omkijkt. En waar die ouderen dan ook stokoud worden.
Dit ultieme Japanse voorbeeld vindt echter plaats in een totaal andere culturele context. En een cultuuromslag die tegen de individualisering in gaat, is geen gemakkelijke. Daarvoor moeten zeggenschap en financiële middelen van de zorg naar de buurt verschuiven. Want, zoals antropologen al lang weten, is een gemeenschappelijke vijand of een groot gedeeld belang een voorwaarde voor een hechte gemeenschap. Antropologische kennis van Small Places is nodig om onze westerse Large Issues het hoofd te bieden.
Maar voordat we nu allemaal in het vliegtuig naar Japan stappen, kunnen we ook onderzoeken welke kennis er al in de niet-westerse culturen van bijvoorbeeld Amsterdam Nieuw-West aanwezig is. Wanneer dat door de toegepaste antropologie via citizen science samen met bewoners onderzocht wordt, brengt dat kennis naar de buurt. En kan het de emancipatie van culturele minderheden een stap verder brengen en leiden tot een nieuwe vorm inclusiviteit.
Small Places Very Large Issues
Helaas komen er nog veel meer en nog veel grotere issues op ons af. Technologische ontwikkelingen gaan steeds sneller. De Nederlandse transitiedeskundige Jan Rotmans, stelt dat we niet langer in een tijdperk van verandering zitten, maar in een verandering van tijdperk. En zoals zo vaak leiden culturele stroomversnellingen tot chaos. De steeds sneller gaande technologische veranderingen staan aan de basis van een aantal potentieel catastrofale crises:
Ten eerste zitten we in een klimaatcrisis die geen uitleg behoeft; ten tweede is er een bestuurscrisis, waarin de politiek slecht in staat is om crises als de milieucrisis te keren, omdat het amper over de eigen vierjaarcyclus heen kijkt; ten derde neemt mede hierdoor het vertrouwen in de democratie af, en nemen mensen niet langer genoegen met het slechts eenmaal in de vier jaar uitbrengen van hun stem; ten vierde kennen we toenemende polarisatie door internetbubbels, wat resulteert in verharding van het politieke en publieke discours; en ten vijfde is er een identiteitscrisis die uit globalisatie en onzekerheid voortkomt en leidt tot toenemend populisme.
Eén oplossingsrichting
Een sprankje hoop ontstaat doordat de oplossingsrichting steeds dezelfde lijkt. Net als bij het zorginfarct moeten we zeggenschap, middelen en kennis zo laag mogelijk beleggen. Bij diegene die het aangaat. En zoeken naar nieuwe directere vormen van doe-democratieën. Dit vraagt van de instituten een culturele aardverschuiving van systeem- naar leefwereld. Er lijkt zelfs een oorzakelijk verband: de steeds sneller gaande veranderingen maken het moeilijker om top-down op meetbare resultaten te sturen. Met als gevolg een beweging van bottom-up processen, met volledige vrijheid binnen kaders. In ieder geval lijkt de oplossingsrichting op bovengenoemde crises dezelfde: de versterkte betrokkenheid die ontstaat wanneer we verantwoordelijkheden en bevoegdheden zo laag mogelijk beleggen, creëert onderling vertrouwen, creativiteit en dialoog. Wanneer de leefwereld, de buurten, aan zet worden gebracht, verandert het discours van een essentialistische naar een processuele. Wijlen Gerd Baumann, tijdens mijn studie verreweg de populairste antropologiedocent op de UVA, stelt in The Multicultural Riddle dat: It is in these cultures of conviction that multicultural practices can be observed at their most creative… and that they will entail all kinds of innovative dialogue between and among different minorities.’ (Gerd Baumann 1999: 152-3)
Er zijn directere vormen van (doe-) democratieën te vinden, die snellere en duurzamere oplossingen voor het klimaatprobleem kunnen ontwikkelen dan de huidige generatie politici met hun vierjaarcyclus. En een deel van de oplossing ligt in de lokale circulaire economie van de buurt. In een directe doe-democratie wordt identiteit gecreëerd in plaats van dat we verder wegzakken in de identiteitscrisis. Wanneer mensen elkaar vaker fysiek tegenkomen en over kwesties in dialoog komen, nemen polarisatie en populisme af en verzacht het discours. Experimenten met nieuwe vormen van doe-democratieën leiden tot nieuw vertrouwen in die democratie.
Welke etnografische beschrijvingen zijn er van directe doe-democratieën in Small Places? Welke lessen kunnen we daaruit leren over wat wel en niet werkt bij het ontwikkelen van nieuwe ideeën en het nemen van besluiten? En welke antropologische inzichten helpen bij het overwinnen van de cultuurclashes in het maatschappelijke middenveld en met de civiele samenleving?
Van systeemwereld naar leefwereld
Een noemenswaardige inspanning om de opgave volledig centraal te stellen is het Nationaal Programma Samen Nieuw-West. Hier werkt de gemeente met vrijwel alle organisaties uit het maatschappelijk middenveld en informele organisaties samen aan een nieuw paradigma. En hier wordt de overgang van systeem- naar leefwereld in volle diepte zichtbaar. Was de zorgtransitie en de daarbij horende samensmelting van zorg en welzijn een cultuurclash, dan is dit dé clash of civilizations. Een culturele aardverschuiving over alle instituten heen. En ook hier kan de toegepaste antropologie via citizen science kennis naar de buurt brengen.
Personeelstekort
Dan hoeven we van de genoemde crises alleen nog het personeelstekort op te lossen. Wellicht kunnen we na citizens science starten met employee science. En samen onderzoeken hoe we het hiërarchische middenmanagement kunnen vervangen door zelfsturende teams. Om daarmee uiteindelijk een hoop personeel te besparen.
It takes a village to raise a child
De wereld heeft antropologen nodig. En hoe interessant is het voor antropologen om een cultuurclash in eigen omgeving te onderzoeken? Om daarmee het gezegde verder te brengen.
Van: 'It takes a village to raise a child.’
Naar: ‘It takes a village to raise a child, take care of the vulnerable, and find solutions to very large issues.’
Geïnteresseerd in het onderwerp? Neem vooral contact op.
Jorrit Boomgaardt
06-39717859
Comentários